Als een bestuurder van een vennootschap een vermogensrechtelijk belang heeft dat in strijd is met dat van de vennootschap, moet hij dat tijdig en correct bekendmaken. Hoe moet dat?

Het belangenconflict

De term “belangenconflict” heeft in het vennootschapsrecht betrekking op de
situatie waarin een lid van het bestuursorgaan van een vennootschap een
‘rechtstreeks of onrechtstreeks belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat
tegengesteld is aan de belangen van de vennootschap. Het Wetboek van
vennootschappen en verenigingen (WVV) bevat uitdrukkelijk regels over wat er dan
moet gebeuren.

Als één of meer bestuurders een belangenconflict hebben, dan moet de beslissing
vanwege de vennootschap genomen worden door de andere, niet geconflicteerde
bestuurders. Als het bestuursorgaan een collegiaal orgaan is mag de
geconflicteerde bestuurder niet deelnemen aan de beraadslaging, noch aan de
besluitvorming. De betrokken bestuurder moet zelf het bestuursorgaan inlichten
en wel vooraleer het bestuur een beslissing neemt. Zijn verklaring moet, samen
met een toelichting over de aard van het strijdige belang, opgenomen worden in
de notulen van de vergadering van het bestuursorgaan.

Zijn alle bestuurders geconflicteerd, dan moet de beslissing genomen worden door
de algemene vergadering. 

Is er slechts één bestuurder, dan moet ook hij de beslissing laten nemen door de
algemene vergadering.

In situaties waarin de bestuurder en de aandeelhouder één en dezelfde persoon
is, mag die persoon de beslissing wel zelf nemen.

Er bestaan wel enkele uitzonderingen op deze regels, zoals voor verrichtingen
tussen verbonden ondernemingen of voor gebruikelijke verrichtingen aan
marktvoorwaarden. 

Het verslag

Als er zich een belangenconflict voordoet, moet de partij die de beslissing wel
mag nemen – dus de niet-geconflicteerde bestuurders, de algemene vergadering of
de bestuurder zelf – een verslag opmaken over de aard van de beslissing of
verrichting
. Dat gebeurt via de notulen van de vergadering ofwel via een
bijzonder verslag.

Het verslag moet ook de vermogensrechtelijke gevolgen van de verrichting of
beslissing bevatten en een verantwoording van het genomen besluit.

Gaat het om een situatie waarin de enige bestuurder tevens de enige
aandeelhouder is, dan moet het verslag bovendien de overeenkomst bevatten die
tussen de bestuurder en de vennootschap werd gesloten.

Het jaarverslag

Het betrokken deel van de notulen of het bijzondere verslag moet in principe in
zijn geheel opgenomen worden in het jaarverslag, maar het volstaat om in het
jaarverslag melding te maken van het belangenconflict en te verwijzen naar de
notulen of het bijzondere verslag die dan integraal in bijlage worden
toegevoegd.

Kleine vennootschappen die niet verplicht zijn om een jaarverslag op te nemen in
hun jaarrekening, moeten een apart stuk opmaken dat dan samen met de
jaarrekening wordt neergelegd. Dat stuk bevat eveneens de integrale tekst van de
notulen of het bijzondere verslag.

Heeft de vennootschap een commissaris benoemd, dan moeten de notulen aan de
commissaris meegedeeld worden en moet de commissaris in een afzonderlijke sectie
een oordeel geven over de vermogensrechtelijke gevolgen voor de vennootschap van
de beslissing van het bestuursorgaan of van de algemene vergadering.

Het jaarverslag is het document waarin het bestuursorgaan rekenschap geeft van
zijn beleid. Het bevat zaken zoals:

een getrouw overzicht van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en
van de positie van de vennootschap;

een beschrijving van de voornaamste risico’s en onzekerheden waarmee de
vennootschap geconfronteerd wordt;

inlichtingen over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap
aanmerkelijk kunnen beïnvloeden, voor zover die inlichtingen niet van die aard
zijn dat zij een ernstig nadeel zouden kunnen berokkenen aan de
vennootschap;

informatie over de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en
ontwikkeling;

enz.

Het jaarverslag moet ook informatie bevatten over ‘de belangrijke gebeurtenissen
die na het einde van het boekjaar hebben plaatsgevonden’. Als er sprake is van
een belangenconflict tussen de datum van afsluiten van het boekjaar en de datum
waarop de algemene vergadering plaats vindt, moet u dat belangenconflict melden
in de eerstvolgende jaarrekening. U mag dus niet wachten tot de jaarrekening met
jaarverslag wordt opgesteld over het boekjaar waarin het belangenconflict zich
voordeed.

Sancties

Voor het niet-melden van een belangenconflict gelden de gebruikelijke sancties
uit het vennootschapsrecht, die tot doel hebben de belangen van de vennootschap,
de schuldeisers en de aandeelhouders te beschermen. Dat wil zeggen dat elke
belanghebbende de nietigheid kan vorderen van beslissingen of verrichtingen die
genomen werden in strijd met bovenstaande regels. Bovendien kunnen de
bestuurders hoofdelijk aansprakelijk gesteld worden.

Andere berichten